Claudine Habonimana is een jonge vrouw van 20. Op haar 14de werd ze zwanger gemaakt door Vincent, een jongen van 17. Haar ouders zetten haar op straat, en bij haar ‘schoonfamilie’ was ze ook niet welkom. Maar Claudine was vastbesloten om haar baby op de wereld te zetten.
“Vincent en ik gingen samenwonen, en hij bouwde snel een simpel huisje. We werkten op de akkers van de buren om wat geld te verdienen. Er kwam ook een tweede kindje. We begonnen groenten en fruit te verkopen, en mijn man bouwde een ander huis, verder weg van zijn familie.”
Kort voor ze moest bevallen van haar derde kind kreeg Claudines man een dodelijk ongeval. Opeens stond ze er alleen voor. “De schoonfamilie begon me te bedreigen, ze wilden mij uit mijn huis zetten. Uiteindelijk belandde ik op straat, in ellendige omstandigheden. Het gerecht kon niets voor me doen want ik was nooit officieel getrouwd met mijn man.”
Claudines derde kindje leefde niet lang. Vier jaar lang ploeterde ze voort met haar twee nog levende kinderen. Het werd een moeilijke strijd om te overleven. “Ik moest bedelen om aan eten te komen. Op zeker ogenblik was ik gedwongen om mijn kinderen achter te laten om als prostituee aan de kost te komen. Een vreselijk leven, en ik hield er hiv aan over.”
Claudine had alle hoop op een toekomst verloren en vreesde dat ze zou sterven. Maar ze vond toch de kracht om het over een andere boeg te gooien en de prostitutie de rug toe te keren. Ze ging opnieuw op het veld werken en verkocht levensmiddelen.