België sluit opnieuw kinderen op. Waarom?

Caritas International België België sluit opnieuw kinderen op. Waarom?

Isabel Corthier

Isabel Corthier

30/08/2018

België sluit sinds vandaag opnieuw kinderen op. Een beslissing die vele vragen oproept. Anne Dussart, directeur sociale programma’s bij Caritas International, aan het woord.

Anne Dussart: Het opsluiten van minderjarigen in gesloten centra is niet nieuw voor België. Tot oktober 2008 werden minderjarigen regelmatig samen met hun ouders vastgehouden in gesloten centra, wat onder meer leidde tot drie veroordelingen door het Europees Hof voor de Mensenrechten. Sinds oktober 2008 worden gezinnen niet langer vastgehouden in gesloten centra, maar in ‘terugkeerwoningen’. De Belgische wet laat vandaag echter nog steeds de vasthouding (ook wel ‘detentie’ genoemd) van begeleide minderjarigen toe, mits de gesloten centra aangepast zijn aan de noden van deze gezinnen met minderjarige kinderen. Daarmee wil België voldoen aan de Europese regelgeving en aan de voorwaarden opgelegd door het Europees Hof voor de Mensenrechten. Want ook het internationale kader laat detentie van minderjarigen toe indien het als laatste redmiddel gebruikt wordt en aangepast is aan de specifieke noden van de betrokken minderjarigen. Dit kader maakt dat de huidige regering kan overgaan tot de operationalisering van de zogenaamde ‘gezinswoningen’.

Wat zijn deze gezinswoningen?

A.D: In het gesloten centrum 127bis in Steenokkerzeel, naast de opstijgende en dalende vliegtuigen van de luchthaven van Zaventem, heeft de Belgische regering vier kleine prefabwoningen opgetrokken. Twee voor zes personen en twee voor acht personen. Iedere woning is ingericht met een woonkamer, een keuken, toilet, badkamer met douche, een bergruimte en twee tot drie slaapkamers. In deze woningen worden sinds vandaag families met kinderen opgesloten in afwachting van hun repatriëring.

Waarom kiest Caritas International ervoor het gesloten centrum 127bis te bezoeken?

A.D: Caritas International doet dit wekelijks. Samen met een 300-tal andere organisaties verzetten we ons tegen elke vorm van detentie om migratieredenen. Maar omdat deze praktijk courant is, vinden we het cruciaal dat onze organisatie deze gesloten centra kan bezoeken. Bedoeling is enerzijds, en in de eerste plaats, de opgesloten mensen sociaal, juridisch en psychologisch bij te staan. Uit het verleden weten we dat onafhankelijk bezoek ervaren wordt als een steun voor de mensen die opgesloten zitten. Een luisterend oor dus, menselijkheid en extra steun waar mogelijk. Anderzijds is het ook de bedoeling ervoor te zorgen dat het middenveld een zicht heeft op de situatie in deze gesloten centra. Idem voor de gezinswoningen: ook hier zullen we de families bezoeken die er opgesloten worden in afwachting van hun repatriatie.

Wat weten we over de impact van opsluiting op minderjarigen?

A.D: Elke vorm van opsluiting, hoe kort ook, beïnvloedt het welzijn van de betrokken minderjarigen. Mentale en fysieke problemen als gevolg van vasthouding zijn meermaals vastgesteld door psychologen en begeleiders en wordt bevestigd door onderzoek.[1] Kinderen proberen de wereld en de situatie waarin ze zich bevinden te begrijpen. Dikwijls interpreteren ze detentie als een aanwijzing dat ze ‘iets verkeerds hebben gedaan, maar wat?’ Detentie geeft sommigen ook het gevoel onterecht gestraft te worden. Detentie heeft met andere woorden ernstige gevolgen voor de mentale en fysieke gezondheid van de betrokkenen. Kinderen en ouders melden typisch de volgende effecten: ongelukkig zijn, wenen, nervositeit, aanklampen, voortdurend ongerust zijn, mentaal onwel zijn, angst om opnieuw opgesloten te worden, niet goed kunnen slapen, de kamer niet durven verlaten, nachtmerries, angst voor autoriteitsfiguren, uniformen of politie.

De leeftijd van de persoon en de lengte van de detentie zijn van cruciaal belang. Iets waar ook professor Derluyn recent nog op wees.[2] De opsluiting van deze kinderen op zich, hoe ‘goed’ de opvangcondities ook zijn, heeft grote negatieve emotionele gevolgen. Hoe langer de duur van de opsluiting, hoe ernstiger de gevolgen, maar ook bij een korte detentieperiode worden er emotionele problemen genoteerd. Bovendien verdwijnen deze problemen niet altijd eens de betrokken kinderen worden vrijgelaten en kan de impact op het kind van lange duur zijn. (Nvdr: volgens het Koninklijk Besluit moet de opsluiting zo kort mogelijk zijn. De maximale termijn is 2 weken. Deze termijn kan één keer met maximaal 2 weken verlengd worden. De directeur-generaal van DVZ moet hiervoor een rapport opmaken aan de minister, waarin de reden van verlenging wordt vermeld én de psychische en fysieke integriteit van de minderjarige kinderen wordt toegelicht.)

Naast deze individuele impact schudt detentie ook dikwijls het gezin als geheel door elkaar. Ouders worden ondergraven in hun ouderrol of trekken zich eruit terug als gevolg van de vele onzekerheden. Door de stresserende situatie ontstaan er spanningen tussen de gezinsleden. Ouders voelen zich schuldig ten opzichte van hun kinderen. De vroegere veronderstelling dat begeleide minderjarigen door het gezin beschermd worden tegen negatieve invloeden van buitenaf blijkt fout te zijn. Ouders zijn vaak niet in staat om hun kinderen te beschermen voor de impact van gebeurtenissen om hen heen. Het lijkt ook onredelijk om van ouders te verwachten dat zij de negatieve gevolgen kunnen compenseren van zaken waar ze weinig tot geen invloed op hebben, zoals de lengte van de vasthouding. Zeker voor ouders die zich al in een situatie bevinden waarbij hun ouderlijk gezag ten gevolge van de migratiecontext zeer zwaar onder druk staat.

Ook na de vrijlating of repatriëring blijft de impact van detentie nog lang nazinderen. Hoewel kinderen en ouders een verbetering van hun welzijn en gedrag constateren, vermelden kinderen, ouders en begeleiders een impact op hun gevoel van eigenwaarde, hun cognitieve en fysieke ontwikkeling, hun schoolloopbaan, de mate waarin ze anderen vertrouwen, enz.

En toch kiest België ervoor gezinnen met kinderen op te sluiten?

A.D: Dat is een politieke keuze.[3] En een ongelukkige keuze, want er bestaan alternatieven. Detentie van kinderen omwille van de administratieve status van hun ouders is nooit in hun belang. De arresten van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens suggereren dat de impact van detentie beperkt blijft indien de minderjarige vastgehouden wordt in een aangepaste ruimte. Niettemin kwam ditzelfde Hof tot het besluit dat zelfs het kortstondig opsluiten van jonge kinderen in een aangepast centrum dichtbij de luchthaven een onmenselijke behandeling uitmaakte. Een ‘gezinswoning’, hoe kindvriendelijk de materiële omgeving ook, blijft een kooi waarin een kind vastgehouden wordt. Maar het kan dus ook anders. Want er bestaan alternatieven.

Wat zijn deze alternatieven?

A.D: Voor begeleide minderjarigen waarvoor een detentiegrond bestaat, kan men overgaan tot het gebruik van alternatieven voor detentie. Juridisch zijn dit alle vormen van wetgeving, beleid of praktijk die migranten toelaat in de gemeenschap te verblijven in afwachting van een verblijfsrecht of de (gedwongen) terugkeer én die hun mensenrechten zo veel mogelijk respecteert. Bekendste alternatieven zijn een financiële bijdrage – een soort borgsom dus –, de meldingsplicht, het in bewaring geven van een kopie van identiteitsdocumenten of begeleidingstrajecten rond vrijwillige terugkeer. Dit laatste vraagt tijd, weten we uit ervaring. Bovendien zouden mensen in de eigen woning kunnen blijven in afwachting van deze vrijwillige terugkeer. Ook Kinderrechtencommissaris Vanobbergen herinnert hieraan: alternatieven bestaan, maar ze moeten met overtuiging en daadkracht georganiseerd worden en met veel meer aandacht voor het welzijn van de kinderen.[4]

Kinderen mogen geen slachtoffer worden van wat hun ouders doen of niet doen. Het gezin moet bij voorkeur samengehouden worden. De ouders moeten zoveel mogelijk gestimuleerd worden in hun ouderlijk gezag en de staat mag dit niet zomaar beperken of overnemen. Er is een belangrijk recht op een familieleven en op privacy. En bovenal moet het belang van het kind dé belangrijkste overweging blijven bij elke beslissing die gevolgen heeft voor het kind.



[2]

De Standaard, “Kinderen zijn kinderen, ook zonder papieren“, 6/08/2018.

[3]

Robyn Sampson, Grant Mitchell, “Global Trends in Immigration Detention and Alternatives to Detention: Practical, Political and Symbolic Rationales“, Journal on Migration and Human Security, Volume 1 Number 3 (2013): 97-121.

[4]

De Standaard, “Schrijf de alternatieven voor detentie niet af“, 3/08/2018.

Verwant nieuws

Alle nieuwsberichten