De zaken liepen niet zoals Majed gehoopt had. “Samen met m’n zoon ben ik uiteindelijk vertrokken uit Jordanië want ook daar voelden we ons niet veilig. We waren bang, vonden geen werk, geen deftige woning en de kinderen konden niet naar school. Ik kan niet leven in een land waar ik me uitgesloten voel. Dus zijn we naar Turkije getrokken.”
Het was het begin van een lange tocht. “Urenlang hebben we door de Turkse bergen gestapt. Daarna zijn we per boot overgestoken naar Griekenland. Daar heeft de politie ons naar het centrum van een stad gebracht, ons een routebeschrijving en een bootticket richting Athene in de handen gestopt. Vanuit Athene zijn we doorgereisd naar Macedonië. Met de auto en de trein zijn we tot in Servië geraakt, van registratiepunt naar registratiepunt. Daarna zijn we in één ruk door Hongarije getrokken, richting Duitsland.” Majed en zijn zoon sliepen onderweg vooral in tenten. Vorige week donderdag kwamen ze uiteindelijk aan in Brussel, vanwaar ze direct overgebracht werden naar Amel, in de streek van Verviers.
Majed heeft op 26 november een afspraak voor een interview dat zal bepalen of hij erkend wordt als vluchteling. Of niet. Tot dan probeert hij zo gezond mogelijk te blijven, maar hij heeft het moeilijk: z’n longen doen pijn, en de eerste koude Belgische herfstdagen helpen niet.
Zijn vrouw en twee dochters zijn in Jordanië achtergebleven. “Ik zou hen graag een goed leven bieden, en hoop dat ze zo snel mogelijk naar hier kunnen komen. Mijn zoon en ik zitten nog vol energie, we werken graag, en hard. In Irak was ik professor, ik gaf biologie. Ik kan naaien. En in Jordanië heb ik een cursus elektriciteit gevolgd. Ik heb veel capaciteiten maar wanneer ik niks kan doen voel ik me gevangen.
Vandaag verblijft Majed, net als bijna 500 andere mensen, in één van de drie campings die georganiseerd werden door Fedasil en beheerd worden door Caritas International. Majed vindt dat er nog heel wat kan gedaan worden om de levensomstandigheden te verbeteren maar is erkentelijk voor de opvang en kijkt geduldig uit naar de dag dat hij opnieuw een gewoon leven kan leiden en zijn rol als gezinshoofd terug kan opnemen.